Lopen met krukken
Het instellen van de elleboogkrukken op de juiste hoogte
- Ga rechtop staan met de schoenen aan, voeten iets uit elkaar, de knieën gestrekt en steun op beide benen.
- Neem de krukken in uw handen, één links en één rechts en plaats ze iets naar voren. Laat de armen ontspannen langs het lichaam hangen.
- Stel de krukken zó in dat de handsteunen ter hoogte van de polsen zijn.
- Stel de hoogte van de manchet zó in dat de bovenrand van de manchet ongeveer 5 cm onder de elleboog zit.
Het lopen met krukken, als u niet op uw been mag staan (Wanneer u niet op het aangedane been mag staan, heeft u twee krukken nodig)
- Neem de krukken in uw handen; één links en één rechts.
- Ga rechtop staan op het goede been, houd het aangedane been van de grond.
- Zet de krukken tegelijk naar voren. Ongeveer een staplengte en voldoende uit elkaar. Zo kunt u er tussendoor stappen.
- Steun goed op de krukken en stap nu met het goede been in één beweging voorbij de krukken.
- Zet vervolgens beide krukken weer naar voren.
Het lopen met krukken, als u gedeeltelijk op het been mag staan
Als u een klein deel van het gewicht op het aangedane been mag plaatsen of kunt verdragen heeft u twee krukken nodig.
- Neem de krukken in de handen; één links en één rechts.
- Ga rechtop staan en steun op beide benen.
- Plaats de beide krukken gelijktijdig met het gekwetste been naar voren
- Zet vervolgens het andere been (het goede been) er een staplengte voorbij.
- Herhaal de voorgaande handeling.
Traplopen (trap op)
- Gebruik één leuning en één kruk om te steunen
- U zet eerst het niet-aangedane been omhoog op de volgende trede
- U zet het aangedane been en de kruk tegelijk bij
Traplopen (trap af)
- Gebruik één leuning en één kruk om te steunen
- U plaatst eerst uw hand een stukje naar voren op de leuning
- Dan zet u de kruk en het aangedane been omlaag op de volgende trede
- Als laatste zet u het andere been bij
Algemene adviezen
- Controleer de krukken op mankementen.
- Loop alleen met stevige schoenen.
- Begin met kleine veilige stappen en bedenk dat natte vloeren glad kunnen zijn.
- Wanneer iemand u helpt tijdens het lopen, moet diegene aan de zijde van het goede been staan.
- Probeer het normale looppatroon zoveel mogelijk te benaderen.
- Plaats bij het traplopen de kruk in het midden van de trede.
- Gebruik bij voorkeur een stoel met leuningen.